Lecanora is een geslacht van korstmossen dat behoort tot de orde Lecanorales van de ascomyceten.[1][2] Soorten van het geslacht komen over de hele wereld voor, ook in de poolgebieden en zijn te vinden op muren en wegen. Sommige soorten komen ook voor op de bast van bomen. De soorten groeien een tot enkele millimeters per jaar en kunnen tientallen jaren oud worden, sommige zelfs enkele honderden jaren. Door het afsterven vanuit het centrum ontstaan er ringen.
Lecanora-soorten produceren usninezuur. Men neemt aan dat het de korstmossen tegen ultraviolette straling beschermt en door zijn intens bittere smaak korstmossen beschermt tegen begrazing.
De apothecia bestaan ruwweg uit ronde schijven met randen van fotosynthetisch weefsel. Dit weefsel is vergelijkbaar met het thallus.[1]
Enkele soorten zijn:
Lecanora conizaeoides op boomschors
Lecanora muralis op steen
Apothecium van Lecanora fuscescens
Apothecium met asci van Lecanora strobilina
Ascospore van Lecanora pulicaris
Lecanora is een geslacht van korstmossen dat behoort tot de orde Lecanorales van de ascomyceten. Soorten van het geslacht komen over de hele wereld voor, ook in de poolgebieden en zijn te vinden op muren en wegen. Sommige soorten komen ook voor op de bast van bomen. De soorten groeien een tot enkele millimeters per jaar en kunnen tientallen jaren oud worden, sommige zelfs enkele honderden jaren. Door het afsterven vanuit het centrum ontstaan er ringen.
Lecanora-soorten produceren usninezuur. Men neemt aan dat het de korstmossen tegen ultraviolette straling beschermt en door zijn intens bittere smaak korstmossen beschermt tegen begrazing.
De apothecia bestaan ruwweg uit ronde schijven met randen van fotosynthetisch weefsel. Dit weefsel is vergelijkbaar met het thallus.