Breed fakkelgras (Koeleria pyramidata) is een plant uit de grassenfamilie. De plant komt van nature voor in Noord- en Oost-Europa. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam en matig in aantal afgenomen. De plant komt in Nederland voor in Zuid-Limburg.
De vaste plant wordt 60–120 cm lang en vormt dichte harde zoden met weinig opstaande, harde stengels. De stengel is bij de bovenste bladschede tot 1,2 mm dik. De tot 5 mm brede bladeren hebben langs de rand en vaak ook op de bovenkant lange haren. Het tongetje is 0,7 mm breed.
Breedfakkelgras bloeit van juni tot juli met een 8 tot 16 cm lange pluim. De aartjes zijn 5–7 mm lang en bestaan meestal uit drie bloemen. De kelkkafjes zijn tweenervig. Het bovenste kelkkafje is 6 mm en het onderste 4,8 mm lang. Het bovenste kroonkafje (palea) is 5,2 mm lang. De helmknoppen zijn vuilviolet. De vrucht is een graanvrucht.
Breed fakkelgras groeit in graslanden op kalkhoudende grond.
Het breed fakkelgras is een kensoort voor de klasse van de kalkgraslanden (Festuco-Brometea).
Breed fakkelgras (Koeleria pyramidata) is een plant uit de grassenfamilie. De plant komt van nature voor in Noord- en Oost-Europa. De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam en matig in aantal afgenomen. De plant komt in Nederland voor in Zuid-Limburg.
De vaste plant wordt 60–120 cm lang en vormt dichte harde zoden met weinig opstaande, harde stengels. De stengel is bij de bovenste bladschede tot 1,2 mm dik. De tot 5 mm brede bladeren hebben langs de rand en vaak ook op de bovenkant lange haren. Het tongetje is 0,7 mm breed.
Breedfakkelgras bloeit van juni tot juli met een 8 tot 16 cm lange pluim. De aartjes zijn 5–7 mm lang en bestaan meestal uit drie bloemen. De kelkkafjes zijn tweenervig. Het bovenste kelkkafje is 6 mm en het onderste 4,8 mm lang. Het bovenste kroonkafje (palea) is 5,2 mm lang. De helmknoppen zijn vuilviolet. De vrucht is een graanvrucht.
Breed fakkelgras groeit in graslanden op kalkhoudende grond.
