De zeeotter (Enhydra lutris) is een dier uit de familie marterachtigen (Mustelidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd als Mustela lutris in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus.[2] De soort werd door John Fleming in 1822 in het geslacht Enhydra geplaatst.[3] In het Russische Verre Oosten wordt de zeeotter traditioneel ook wel 'Kamtsjatka-bever' genoemd.
Het dier eet veel schelpdieren en zeeslakken zoals oesters en zeeoren. Ook zee-egels en kreeftachtigen worden gegeten. Hij opent ze door een steen op zijn buik te leggen en de schelp daar op stuk te slaan. De otter heeft onder zijn oksel een soort zakjes waarin hij voedsel kan bewaren.
Zeeotters vertoeven steeds langs de kust en gaan nooit de volle zee in. Om te vermijden dat ze tijdens het eten naar zee afdrijven rollen ze zich in kelp.
Deze soort komt voor aan de noordwestkust van Noord-Amerika en de noordoostkust van Azië. De zeeotter was plaatselijk bijna uitgestorven door overbejaging en wordt volgens de beoordeling van de IUCN in 2013 aangemerkt als 'bedreigd'.
Er worden drie ondersoorten onderscheiden; ze vertonen verschillen in lichaamslengte, en in opbouw van het skelet en het gebit.
Drijvende zeeotter in Morro Bay, Californië
De zeeotter (Enhydra lutris) is een dier uit de familie marterachtigen (Mustelidae). De wetenschappelijke naam van de soort werd als Mustela lutris in 1758 gepubliceerd door Carl Linnaeus. De soort werd door John Fleming in 1822 in het geslacht Enhydra geplaatst. In het Russische Verre Oosten wordt de zeeotter traditioneel ook wel 'Kamtsjatka-bever' genoemd.